Verslagen van HSC 2
11 april 2015: HSC 2 - De Pion 4 (door Danniël van Boxtel)
Door een gelijkspel tegen De Pion 4 heeft HSC 2 de vijfde plaats in de eindstand bereikt en degradatie kunnen vermijden. Daarmee is eigenlijk alles gezegd. Dit duel was weer eens kwadratisch dramatisch. De Pion 4 had netjes en tijdig aangekondigd dat ze maar zes personen tot hun beschikking hadden. We stonden bij aanvang dus met 2 - 0 voor en ik mocht ook nog eens kiezen aan welke borden wij wilden spelen. Aldus bleven borden 1 en 3 leeg en hadden we vier witborden en twee zwartborden tot onze beschikking om de klus te klaren. Uiteraard was dat niet voldoende voor een overwinning.
Sem zat vandaag niet lekker in zijn schaakvel. Hij had vooraf al het gevoel dat deze partij verkeerd zou aflopen. Sem rocheerde lang, maar voelde zich even later genoodzaakt om een stuk voor twee pionnen te geven en Frank Lambregts daarbij aan een open a- en b-lijn te helpen. De zwarte koning stond spoedig mat, 2 - 1.
Willy speelde tegen Ton van der Werf een onregelmatige partij. Van der Werf nam de f-lijn in zijn bezit en Willy probeerde op de damevleugel te counteren. Na pionverlies ging het snel fout. De zwarte pionnenovermacht in het centrum werd erg sterk en Willy moest een kwaliteit offeren. Niet lang daarna was onze gratis voorsprong reeds verdampt, 2 - 2.
Frans won door goed spel een pion. Mathijs Verbeek had in de vorm van stukkenactiviteit wel wat compensatie, maar dat zou onvoldoende moeten zijn. Frans vervolgde echter onnauwkeurig, leverde zijn pluspion onnodig in en had toen niet meer dan remise, 2½ - 2½.
Pascal kwam zonder noemenswaardig voordeel uit de opening. Toen hij wat leven in de brouwerij wilde brengen, had Joris Kok plotseling een sterke tussenzet. Pascal had in de problemen moeten komen en tenminste een pion moeten verliezen, maar Kok vond niet de beste zetten. Pascal nam de regie over en bracht de vijandelijke koning in een matnet, 3½ - 2½.
Joep speelde op koningsaanval, maar Ad Bruijns hield zijn verdediging op orde. Na dameruil schakelde Joep over een op andere aanpak. Vanwege de licht voordelige pionnenstructuur zou hij het toreneindspel misschien in winst kunnen omzetten. Het was echter verre van eenvoudig en Joep kreeg van zijn teamleider het dringende advies om remise aan te bieden. De stelling van Gerard zag er immers verdacht uit en een gelijkspel zou voor het team voldoende zijn om niet te degraderen. Bruijns kon dit aanbod niet weigeren, 4 - 3.
Gerard speelde één van zijn slechtste partijen van dit seizoen. Hij werd op de koningsvleugel overlopen door Erik van Elven. Na pionverlies was dameruil misschien de beste optie geweest om voor remise te kunnen vechten. Gerard speelde echter iets anders, kreeg alle zwarte stukken over zich heen en ging na het verlies van een tweede pion in een rampzalige stelling door zijn vlag, 4 - 4.
HSC 2 (1848) | De Pion 4 (1776) | 4 - 4 |
John van Rooij (1866) | n.o. | 1 - 0 R |
Pascal Boudewijns (1967) | Joris Kok (1619) | 1 - 0 |
Hans Nacinovic (1705) | n.o. | 1 - 0 R |
Gerard van de Kerkhof (2014) | Erik van Elven (1902) | 0 - 1 |
Sem van Houten (1814) | Frank Lambregts (1809) | 0 - 1 |
Willy Jonkers (1871) | Ton van der Werf (1824) | 0 - 1 |
Frans van Neerven (1772) | Mathijs Verbeek (1782) | ½ - ½ |
Joep Peeters (1778) | Ad Bruijns (1718) | ½ - ½ |
21 maart 2015: EVS - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
Danniël wees zijn team de goede weg door binnen anderhalf uur te winnen. Hij brak hard door op de koningsvleugel van Johan Raap, won een stuk en forceerde dameruil. De rapen waren toen wel gaar voor de zwartspeler, 0 - 1.
Joep wist zijn paard te ruilen voor de mooie fianchettoloper van Toon Voermans. Hij was op weg naar een snelle overwinning, maar blunderde toen opzichtig. De zwarte dame werd naar een fantastisch veld gejaagd en enkele zetten later ging de witte dame via een paardvork met schaak verloren, 1 - 1.
Frans wist geen vuist te maken. Zijn achtergebleven pion was een zorgenkindje en werd door Loek Overes onder vuur genomen. Frans kon niet veel meer dan die pion met man en macht verdedigen en Overes had vanwege het gebrek aan lichte stukken geen andere aanknopingspunten, 1½ - 1½.
Joost viel in voor Gerard. Hij bleef eenvoudig overeind tegen Erwin Talpe, die erg weinig met zijn witvoordeel deed. Joost verloor een pion, maar de witte pluspion was een dubbelpion en de zwarte loper was sterker dan het witte paard. Joost wist dan ook zonder problemen de remisehaven binnen te zeilen, 2 - 2.
Pascal speelde tegen de geïsoleerde pion van Arno van Osch. Hij weigerde een prematuur remiseaanbod, maar voerde vervolgens een combinatie uit die van geen kanten deugde. Dit had een stuk moeten kosten, maar Van Osch reageerde helemaal verkeerd. Pascal hield een eindspel van dame, toren en vier pionnen tegen dame, toren en twee pionnen over en haalde de tijdcontrole. Van Osch bood tevergeefs remise aan, claimde toen winst door tijdsoverschrijding en gaf op toen hij hoorde dat de tijdcontrole niet na 50 zetten maar na 40 zetten plaatsvindt. Van Osch was blijkbaar nogal in de war. Het tempo van 50 zetten in twee uur en vijftien minuten gevolgd door 20 zetten in een uur en een half uur extra voor de rest van de partij is immers al in de jaren tachtig afgeschaft. Toen begonnen de partijen nog om 14:00 en was afbreken heel gewoon. Na de analyse, waarin bleek dat Pascal had gezwijnd, sloeg de overigens sympathieke Van Osch helemaal op tilt, vooral vanwege zijn eigen onkunde, 2 - 3.
Willy kwam 40 minuten te laat. Hij was op de fiets van Helmond naar Valkenswaard gekomen en onderweg blijkbaar te lang op een kinderfeestje blijven hangen. Het is onduidelijk of dit enige invloed op het spelverloop had, maar Willy kwam nooit lekker in zijn partij. Paul van Zon speelde op koningsaanval en na verloop van tijd moest Willy een stuk geven. In het eindspel was dit teveel van het goede, 3 - 3.
Sem raakte een pion kwijt, maar in de vorm van een enorme koningsaanval had hij goede compensatie. Peter Rietra probeerde vervolgens vooral om zijn stelling bij elkaar te houden. Sem had kunnen afwikkelen naar een remiseachtig eindspel, maar bleef zoeken naar een winstcombinatie. Hij vond die niet en kwam na diverse verwikkelingen in een verloren pionneneindspel terecht. De tijdcontrole werd nog net gehaald, maar dat mocht niet meer baten, 4 - 3.
John sloot William Maes helemaal op, schoof de koningsvleugel dicht en opende de damevleugel. Hij won een pion en ruilde alle zware stukken. Maes kon zich nauwelijks verroeren en moest zich beperken tot Pe8-g7-e8, Pa8-c7-a8 en koningszetten, maar het was voor John nog niet zo eenvoudig om binnen te komen. Met de nodige tempozetten lukte dat uiteindelijk toch. De zwarte koning stond na meer dan 75 zetten plotseling mat, maar op dat moment was het in alle varianten reeds uit, 4 - 4.
In de laatste ronde hebben we aan een gelijkspel tegen De Pion 4 genoeg om drie teams onder ons te houden. In verband met de verwachte versterkte degradatie uit de KNSB kan een overwinning echter geen kwaad.
EVS (1756) | HSC 2 (1826) | 4 - 4 |
Arno van Osch (1930) | Pascal Boudewijns (1967) | 0 - 1 |
Peter Rietra (1915) | Sem van Houten (1814) | 1 - 0 |
William Maes (1834) | John van Rooij (1866) | 0 - 1 |
Paul van Zon (1826) | Willy Jonkers (1871) | 1 - 0 |
Toon Voermans (1624) | Joep Peeters (1778) | 1 - 0 |
Erwin Talpe (1690) | Joost Rutten (1708) | ½ - ½ |
Johan Raap (1637) | Danniël van Boxtel (1836) | 0 - 1 |
Loek Overes (1591) | Frans van Neerven (1772) | ½ - ½ |
7 maart 2015: HSC 2 - De Kentering (door Danniël van Boxtel)
Door een overwinning op De Kentering hebben we een belangrijke stap gezet richting handhaving.
Sem zette zijn partij erg origineel op. Martie van der Sanden reageerde niet adequaat en verloor binnen tien zetten een volle toren. Sem was niet secuur in de afwerking en had een stuk moeten verliezen. Van der Sanden miste deze kans, waarna het spoedig gebeurd was, 1 - 0.
Hans viel in voor John, die aan het eerste team uitgeleend moest worden en daar matchwinnaar werd. Hans speelde op koningsaanval, maar Raymond Smulders was niet onder de indruk van het witte initiatief. Hij joeg de stukken terug en daarbij kwamen de dame en het paard van Hans geforceerd in een vorkbare positie terecht. Hans kreeg twee pionnen voor zijn stuk, maar dat was onvoldoende, 1 - 1.
Willy had een interessante stelling vol tactische mogelijkheden voor zijn neus. Hij rekende beter dan Luc Seuter en op een gegeven moment hingen er drie witte stukken, waarvan er één daadwerkelijk sneuvelde. Willy neutraliseerde het tegenspel en won verdiend, 2 - 1.
Danniël offerde zijn loper op h7 toen hij zag dat de meeste zwarte stukken op de damevleugel bivakkeerden. Een tweede stukoffer lokte de koning van Stan Heijmans naar g5. In die lastige stelling moest iedere zet raak zijn en Heijmans was de eerste die verzaakte. Danniël had ondekbaar mat in drie, maar hij overzag deze wending. Heijmans kon zich bevrijden en zijn materiële voorsprong deed de rest, 2 - 2.
Gerard trof de doorgaans gevaarlijke Mike Kroon. Die ging echter direct in de fout toen hij uit zijn theoriekennis was en zelf een zet moest bedenken. Gerard won een pion, hield de zwarte koning in het midden en draaide Kroon de duimschroeven aan. Gerard won nog twee pionnen, ruilde de dames en kreeg vervolgens een stuk cadeau, 3 - 2.
Frans leek vandaag niet te willen winnen. Hij wist een mooie octopus op d6 verkrijgen en Ton Wouters vond die een kwaliteit waard. Frans liet naar eigen zeggen door geknoei een stuk insluiten, om dat vervolgens met sterk spel weer terug te winnen. Met wederom een kwaliteit meer liet hij echter eeuwig schaak toe, 3½ - 2½.
Joep kwam moeizaam uit de opening. Hij verloor in complexe verwikkelingen een pion en de sterke witte a-pion had zijn ondergang moeten worden. Wilbert van Eijk wist hem tot a7 te brengen en deed alles goed, tot aan zijn laatste zet. In plaats van de direct winnende zet uit te voeren blunderde Van Eijk junior. Joep kon de paarden ruilen en de a-pion winnen. Er bleven slechts twee koningen en twee torens over, 4 - 3.
Pascal kreeg vanuit zijn gambietopening niet het gewenste spel. Hans van Eijk verdedigde de pluspion met man en macht en ging staan. Pascal bleef manoeuvreren en uiteindelijk werd Van Eijk senior ongeduldig. Vermeende pionwinst kostte een stuk. Pascal speelde het restant erg nauwkeurig uit. Hij kreeg tenslotte een dame cadeau, maar de partij was op dat moment reeds in alle varianten uit, 5 - 3.
HSC 2 (1845) | De Kentering (1698) | 5 - 3 |
Sem van Houten (1814) | Martie van der Sanden (1647) | 1 - 0 |
Danniël van Boxtel (1836) | Stan Heijmans (1991) | 0 - 1 |
Pascal Boudewijns (1967) | Hans van Eijk (1679) | 1 - 0 |
Gerard van de Kerkhof (2014) | Mike Kroon (1864) | 1 - 0 |
Joep Peeters (1778) | Wilbert van Eijk (1582) | ½ - ½ |
Frans van Neerven (1772) | Ton Wouters (1661) | ½ - ½ |
Willy Jonkers (1871) | Luc Seuter (1576) | 1 - 0 |
Hans Nacinovic (1705) | Raymond Smulders (1585) | 0 - 1 |
7 februari 2015: WLC 2 - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
Met het schaamrood op de kaken verlieten we de speelzaal van De Hoeksteen. Door ernstig geknoei aan minimaal drie borden werd de reeds getelde overwinning immers geheel onnodig uit handen gegeven.
Willy stond al na een half uur veel beter tot gewonnen, omdat Henny Wilbrink open huis hield op zijn koningsvleugel. Na veertig minuten was de partij afgelopen. Ik wilde een 1 noteren, maar Willy bleek opgegeven te hebben. Hij speelde vol op de aanval en had de zwarte dreigingen daarbij blijkbaar veronachtzaamd. Dat kostte door een lijp vorkje een kwaliteit en na nog een slechte zet zag Willy het helemaal niet meer zitten, 1 - 0. Hij had vanwege zijn koningsaanval echter prima kunnen doorspelen. Een nul slikken had daarna indien nodig altijd nog gekund.
Joep voelde zich in zijn gambietopening als een vis in het water. Piet Koster ontnam door te rocheren het laatste vluchtveld voor zijn paard op h6 en dat kostte een stuk tegen een pion. De winstvoering zou slechts een kwestie van tijd moeten zijn, maar nog geen vijf zetten later blunderde Joep opzichtig. Een kleine kwaliteit ging verloren en plotseling was Koster de baas op het bord. De Eindhovenaar won maar liefst vier pionnen en Joep overleefde het eindspel van twee torens tegen toren, paard en zes pionnen uiteraard niet, 2 - 0.
Danniël had Dannie Beijk nog geen maand eerder in de avondcompetitie alle hoeken van het bord laten zien. Nu kwam er een andere openingsvariant op het bord. Danniël stond halverwege waarschijnlijk iets minder. Hij kon desondanks afwikkelen naar een aardig pionneneindspel, maar dat bleek niet te winnen. Beiden haalden een dame en in de slotstelling was remise de enige optie, 2½ - ½.
Sem kon eindelijk weer eens meedoen. Hij zette zijn duel tegen Philip van Gils onorthodox op en gooide vervolgens de knuppel in het hoenderhok. Na een tactische slagenwisseling was het qua materiaal gelijk, maar stond Van Gils mijn inziens duidelijk beter vanwege de pionnenmacht in het centrum. Daarna bleek Sem echter veel gehaaider dan zijn opponent. Hij wist twee pionnen te winnen en de paarden te ruilen, waarna Van Gils het verder wel geloofde, 2½ - 1½.
Gerard speelde wederom met de zwarte stukken tegen oud-lid Jessica de Haas. Gerard offerde twee pionnen voor een verwoestende koningsaanval. De Haas liet zich echter ook niet onbetuigd en creëerde gevaarlijke tegenkansen. Het bord stond in de fik, maar Gerard speelde het erg nauwkeurig, neutraliseerde het witte gevaar, haalde een stuk op en zette de vijandelijke koning mat. Appeltje eitje, 2½ - 2½.
Pascal nam de geïsoleerde pion van Jasper Krenning onder vuur. Het duurde even, maar uiteindelijk wist hij dat kreng te veroveren. In het toreneindspel gaf Pascal onnodig een pion terug, maar hij leek nog altijd de beste kansen te hebben omdat zijn vrijpion verder gevorderd was dan die van Krenning. Een bruggetje bouwen lukte helaas niet meer, omdat Krenning tijdig zijn toren offerde. De zwarte vrijpion was inmiddels zover opgeschoten dat Pascal zijn toren zou moet geven om die af te stoppen. Er werd daarom remise overeengekomen, 3 - 3.
Frans speelde een vermakelijke partij tegen zijn slechtziende tegenstander. Bas Roelen zag echter uitstekend dat hij tijdens een combinatie een stuk was kwijtgeraakt en liet dat duidelijk horen. Frans maakte het zichzelf daarna veel te moeilijk. Hij stond toe dat het materiaal steeds verder werd uitgedund. Het restant van loper en pion tegen twee pionnen was niet meer te winnen omdat Frans de dekking van zijn pion moest loslaten om één van de pionnen van Roelen te arresteren, 3½ - 3½.
John had een geweldig paardenpaar en Pierre Buijs moest veel moeite doen om die knollen buiten de deur te houden. John zocht daarna zijn heil op de damevleugel en stond ogenschijnlijk erg goed. Tijdgebrek bleek zijn grootste vijand en ruimtegebrek voor zijn stukken deed de rest. Buijs zette twee torens op de zevende rij en John's koning belandde in een matnet, Hij liet zich sportief mat zetten, 4½ - 3½.
WLC 2 (1749) | HSC 2 (1865) | 4½ - 3½ |
Henny Wilbrink (1859) | Willy Jonkers (1871) | 1 - 0 |
Jessica de Haas (1742) | Gerard van de Kerkhof (2014) | 0 - 1 |
Jasper Krenning (1777) | Pascal Boudewijns (1967) | ½ - ½ |
Philip van Gils (1757) | Sem van Houten (1814) | 0 - 1 |
Dannie Beijk (1705) | Danniël van Boxtel (1836) | ½ - ½ |
Pierre Buijs (1744) | John van Rooij (1866) | 1 - 0 |
Piet Koster (1762) | Joep Peeters (1778) | 1 - 0 |
Bas Roelen (1643) | Frans van Neerven (1772) | ½ - ½ |
13 december 2014: HSC 2 - Gardé 2 (door Danniël van Boxtel)
We hebben na acht nederlagen en twee remises eindelijk weer eens een wedstrijd gewonnen!
Gardé 2 had grote personele problemen en moest met zeven personen aantreden. Ik wist vooraf al dat bord twee aan hun kant leeg zou blijven en heb John een vrije middag gegund. Hij moest uiteraard nog wel even naar De Molen komen, een zet uitvoeren en tot 13.00 uur wachten, maar daarna kon John met een reglementair punt op zak naar huis, 1 - 0.
Willy stond een tikkeltje minder toen hij op aardige wijze remise forceerde. Hij gaf zijn dame voor een toren en had vervolgens eeuwige aanval op de dame van Jacco Vermeulen. Deze partij eindigde in een herhaling van zetten, 1½ - ½.
Joep wist tegen Paul Coenen geen vuist te maken. De strijd om het centrum bleef onbeslist en de muziek verdween uit de stelling toen alle lichte stukken geruild waren. Coenen bood remise aan en Joep ging op dit aanbod in, 2 - 1.
Sem speelde tegen Christiaan Münch een spectaculair duel. Beide spelers deden continu hun best om de stelling zo scherp mogelijk te houden en materiaal te offeren. Toen de rookwolken waren opgetrokken had Sem twee torens voor een dame. Om het verlies van enkele pionnen te voorkomen moest hij toestaan dat zijn torens uit elkaar gespeeld werden. Münch wist één van de torens uiteindelijk via een schaakje op te halen, 2 - 2.
Pascal kreeg in de opening een pion cadeau. Ivo Canjels probeerde een koningsaanval op te zetten, maar zijn stukken stonden elkaar in de weg. Pascal had de finesses van de stelling goed in de smiezen en won via een combinatie een stuk en de daarmee de partij, 3 - 2.
Gerard kreeg een puinhoop op het bord. Leo Hovens was er als de kippen bij toen hij een pion verblunderde. Toen er nog een pion van het bord ging offerde Gerard een kwaliteit. Ondanks de materiële achterstand stond hij plotseling geweldig. Hovens verzoop in een vloedgolf van dreigingen en verloor binnen enkele zetten een stuk en een kwaliteit. Gerard won daarna eenvoudig, 4 - 2.
Frans baalde van zichzelf. Hij gaf in een onschuldige stelling alle troeven aan Peter Thijssen en zag de bui al hangen. Thijssen vond de juiste zetten en won drie pionnen. Frans speelde door totdat zijn hachje echt niet meer te redden viel, 4 - 3.
Danniël rekende beter dan Karl Raemakers en won twee stukken tegen een toren en een pion. In het eindspel was deze materiaalverhouding beslissend. Danniël haalde twee dames, maar Raemakers speelde stug door. Op het einde had Raemakers nog twee seconden over en kon Danniël zowel met het paard als met de loper als met één van de dames mat in één geven, 5 - 3.
HSC 2 (1869) | Gardé 2 (1707) | 5 - 3 |
Pascal Boudewijns (1945) | Ivo Canjels (1884) | 1 - 0 |
John van Rooij (1864) | n.o. | 1 - 0 R |
Gerard van de Kerkhof (2027) | Leo Hovens (1712) | 1 - 0 |
Willy Jonkers (1885) | Jacco Vermeulen (1822) | ½ - ½ |
Frans van Neerven (1786) | Peter Thijssen (1700) | 0 - 1 |
Sem van Houten (1811) | Christiaan Münch (1708) | 0 - 1 |
Danniël van Boxtel (1847) | Karl Raemakers (1586) | 1 - 0 |
Joep Peeters (1789) | Paul Coenen (1539) | ½ - ½ |
22 november 2014: Eindhoven 3 - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
De wedstrijd tegen Eindhoven 3 stond bol van de dramatiek en werd geheel onnodig verloren. De titelaspiraties van HSC 2 kunnen nu heel diep in de vrieskist worden opgeborgen. Hoewel we tot de favorieten behoorden om onze groep te winnen, staan we na twee ronden troosteloos onderaan. Voor de statistieken: sinds 21 september 2013 hebben we geen duel meer gewonnen. De lijdende coach ziet echter nog voldoende lichtpuntjes om deze spelersgroep te blijven leiden en is vooralsnog niet door het bestuur op het matje geroepen.
Frans speelde tegen Ewout Snoeck een futloze partij. Dat lijkt op 'foutloze', maar het is toch echt iets anders. Er gebeurde erg weinig op dit bord. Frans was niet bij machte om serieuze dreigingen te creëren en Snoeck leek met een half punt tevreden te zijn. Frans kreeg toestemming om remise aan te bieden en beide heren waren na afloop vooral blij dat deze partij voorbij was. "Foei foei, dit was dus helemaal niets", zei onze nestor tot besluit, ½ - ½.
Op dat moment zag de stelling van Willy er nog florissant uit. Hij had een stuk geofferd tegen twee pionnen en daarbij de koningsstelling van Walter Anema verbrijzeld. De mataanval verliep echter te langzaam en Willy slaagde er niet in om voldoende stukken te mobiliseren. Na gedwongen dameruil ging er geleidelijk meer materiaal van het bord. Het eindspel was totaal kansloos, 1½ - ½.
Pascal probeerde Harrie Steures uit zijn openingsrepertoire te halen en belandde in een interessante stelling. Zijn witveldige loper was na verloop van tijd echter niet meer dan een veredelde pion. Steures stond beter, vermeed mogelijke counterkansen en bood vervolgens remise aan. Pascal keek nog eens goed naar zijn stelling en kwam tot de conclusie dat het weigeren van dit voorstel geen reële optie was, 2 - 1.
Danniël probeerde zich te herstellen van alle nederlagen van de afgelopen maanden en nam tegen Cees Berghout 25 zetten lang de tijd om zijn stukken geduldig op de juiste velden te zetten. Berghout speelde te afwachtend en kreeg toen een schijnoffer om zijn oren. Na 30 zetten had Danniël twee pionnen meer en een totaal gewonnen stelling, 2 - 2.
Joep had na de opening een zeer comfortabele positie bereikt. Dennis van Kuijk had zijn koning in het centrum gehouden en gooide plotseling op de zwarte koningsvleugel al zijn stukken naar voren. Die blitzkrieg leverde door een fout van Joep een stuk en de partij op. Op het moment suprême had Joep echter een direct winnende zet kunnen uitvoeren; Fritz beoordeelt die stelling als +7. Joep valt echter niet heel veel te verwijten, want deze computerzet was voor een mens niet zo eenvoudig te vinden, 3 - 2.
Sem speelde erg aanvallend en attractief. Gedurende zo'n beetje de gehele partij heeft er een wit stuk en prise gestaan. De sluwe oude vos Cees Versteeg bleef handig overeind en sloeg toe toen Sem de beste voorzetting miste. Zonder compensatie verdween er een wit stuk van het bord en daarna was het snel over en sluiten. Sem vond in de analyse diverse winstwegen, maar dat mocht uiteraard niet meer baten, 4 - 2.
John won tegen Albert Coenen spoedig een pion en gaf deze later terug voor een prettig initiatief tegen de witte koning. Coenen overleefde de eerste aanvallen, maar John hield de overhand en bleef lepe dreigingen in de stelling vlechten. Coenen bezweek uiteindelijk onder de druk, verloor enkele pionnen en gaf op, 4 - 3.
Gerard was net als tegen Veldhoven en bij dezelfde tussenstand als laatste bezig. Hij moest van Nico Schellingerhout winnen om één wedstrijdpunt te redden en zijn eigen blazoen op te poetsen. Op drie minuten na duurde deze partij de volledige vijf uur. Gerard had Schellingerhout helemaal vastgezet. Terwijl de bedenktijden begonnen te slinken leverde een slimme combinatie hem al een vol stuk op. Het slotstuk was echter onvervalst drama, met onze man tegen wil en dank in de hoofdrol. Geen der grote dichters zou een hartverscheurendere afloop hebben kunnen bedenken. In de diagramstelling had Gerard nog 2 minuten en 40 seconden en Schellingerhout 1 minuut en 20 seconden. De zwartspeler wilde zijn vrijpion ondersteunen en speelde 1... Dh6. Zwart stond al compleet verloren, maar dit is natuurlijk een blunder van jewelste. Gerard dacht 30 seconden na, pakte tot mijn vreugde zijn paard vast, maar speelde tot mijn gigantische verbazing 2.Pe4. Wwwwaaaaaahhhhhhh, dit gebeurt toch niet echt?!?! De stelling is nog steeds dik gewonnen (+14 volgens Fritz), maar 2.Pf7+ was wel zo eenvoudig geweest. Na 2... h2 3.Dd8+ Kg7 4.De7+ Kh8 kreeg Gerard met nog 2 minuten op de klok de volgende kans. Hij had voldoende tijd om 5.c7 te vinden, met spoedige promotie en vernietiging. 5... h1D of 5... Dh3+ 6.Kxh3 h1D+ werken immers niet. Hij speelde echter het tranentrekkende 5.Df8+ en na 5... Dxf8 stortte het toneel in en viel het doek, 5 - 3.
Eindhoven 3 (1839) | HSC 2 (1869) | 5 - 3 |
Cees Versteeg (1821) | Sem van Houten (1811) | 1 - 0 |
Walter Anema (1856) | Willy Jonkers (1885) | 1 - 0 |
Harrie Steures (1894) | Pascal Boudewijns (1945) | ½ - ½ |
Albert Coenen (1782) | John van Rooij (1864) | 0 - 1 |
Nico Schellingerhout (1812) | Gerard van de Kerkhof (2027) | 1 - 0 |
Cees Berghout (1867) | Danniël van Boxtel (1847) | 0 - 1 |
Ewout Snoeck (-) | Frans van Neerven (1786) | ½ - ½ |
Dennis van Kuijk (-) | Joep Peeters (1789) | 1 - 0 |
1 november 2014: Veldhoven 2 - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
Na de degradatie uit de promotieklasse is dit seizoen het kampioenschap ons doel. Vooraf leken me Veldhoven 2 en Eindhoven 3, onze tegenstanders van de eerste twee ronden, de grootste concurrenten. Een goede start was derhalve van groot belang. We begonnen echter niet lekker. Invaller Roland verslikte zich in een vooruitgespeelde partij in Jan van de Munckhof, een tegenstander die op papier toch te pakken leek, 1 - 0.
Op de speeldag verdubbelde Veldhoven 2 deze voorsprong binnen amper twee uur. Teamleider Danniël was net ontslagen uit het ziekenhuis, doch niet hersteld van nog niet gediagnosticeerde neurologische klachten en verre van fit. Gilbert Leentjens zag prima dat een combinatie van Danniël niet deugde en won reeds na veertien zetten een kwaliteit. De witte stelling stortte in elkaar en vier zetten later ging er nog meer hout verloren, 2 - 0.
Frans speelde tegen Hans Brave in een tactisch zwangere stelling op pionwinst. Die mogelijkheid was er inderdaad, maar Frans koos voor de verkeerde zetvolgorde. Brave profiteerde maar half en won slechts een pion in plaats van een kwaliteit. Vanwege de ongelijke lopers was remise het logische resultaat. Frans ontsnapte dus met een blauw oog, 2½ - ½.
Pascal moest in het begin van de partij nogal wat zetten met zijn dame doen. De pogingen van Marcel Laarhoven om Hare Majesteit op te jagen leidden er echter vooral toe dat de witte stelling open kwam te liggen. Pascal nam de a-lijn in zijn bezit en stond al duidelijk beter toen hij zomaar een stuk cadeau kreeg. Zijn eindspeltechniek was niet vlekkeloos, maar het zeer welkome punt kwam niet meer in gevaar, 2½ - 1½.
Willy speelde een partij die ik moeilijk kon doorgronden. Jan Peters probeerde de stelling gesloten te houden en Willy zocht naar manieren om de witte monarch te belagen. Gaandeweg gingen er diverse stukken van het bord en na dameruil hielden beiden uiteindelijk een toren en twee pionnen over. Doorspelen had weinig zin, 3 - 2.
Joep speelde fris en fruitig. Hij dacht rustig na over alle zetten en had ook meer dan voldoende tijd daarvoor, want tegenstander Ed Vrees had op de heenweg een lekke band gekregen en kwam pas een half uur na het aanvangstijdstip de speelzaal binnen. Joep stond steeds iets beter, maar het was niet duidelijk hoe hij zou gaan winnen totdat Vrees een mooie combinatie dacht te hebben. Die was echter lek, omdat terugslaan niet verplicht is. Joep won door een tussenschaakje een volle toren, 3 - 3. Zou het dan toch gaan lukken?
John toverde met hulp van Tim van Hellemont een enorme puinhoop op het bord. Hij leek wel aardig te staan, maar moest plotseling een stuk voor twee pionnen geven om eeuwige passiviteit te voorkomen. John won later nog twee pionnen, maar dat was onvoldoende. Het extra stuk was immers veel belangrijker. John kon geen vin meer verroeren en kwam in zetdwang. Een blunder bespoedigde het einde, 4 - 3.
Gerard speelde een typische Gerard-partij. De tegenstander kreeg de damevleugel en Gerard opereerde in het centrum en op de koningsvleugel. Rob van de Voort ging herhaling van zetten uit de weg en wist zijn a-pion uiteindelijk op het promotieveld te krijgen. Gerard had echter twee pionnen voor het stuk en vage tactische kansen tegen de zwarte koning. Van de Voort bood bij de 4 - 3 tussenstand remise aan en Gerard koos dapper voor 'alles of niets'. Het werd helaas niets, want zijn eerstvolgende zet leidde tot een geforceerde matvoering voor zijn opponent, 5 - 3.
Veldhoven 2 (1814) | HSC 2 (1865) | 5 - 3 |
Rob van de Voort (1946) | Gerard van de Kerkhof (2027) | 1 - 0 |
Jan Peters (1937) | Willy Jonkers (1885) | ½ - ½ |
Tim van Hellemont (1911) | John van Rooij (1864) | 1 - 0 |
Marcel Laarhoven (1767) | Pascal Boudewijns (1945) | 0 - 1 |
Gilbert Leentjens (1812) | Danniël van Boxtel (1847) | 1 - 0 |
Jan van de Munckhof (1707) | Roland Robinson (1780) | 1 - 0 |
Hans Brave (1778) | Frans van Neerven (1786) | ½ - ½ |
Ed Vrees (1653) | Joep Peeters (1789) | 0 - 1 |