Verslagen van HSC 2
20 april 2013: HSC 2 - WLC (door Danniël van Boxtel)
We hebben ons ondanks een 2 - 6 nederlaag tegen de terechte kampioen WLC gehandhaafd in de promotieklasse. Er degradeert slechts één team - het zwakke HMC Calder 4 - omdat er geen teams uit de derde klasse KNSB terugzakken. Na een matig seizoen was de achtste plaats in de eindrangschikking daardoor ruim voldoende, maar toch teleurstellend. Het ontbrak ons dit seizoen te vaak aan chesstosteron om een hogere positie te kunnen bewerkstelligen, terwijl we toch voldoende kansen hebben gekregen.
Frans had zijn zinnen gezet op een snelle remise en wist dat resultaat met de witte stukken tegen Frank Albers gemakkelijk te bereiken. Hij nivelleerde de stelling, ruilde enkele stukken en de dames en meldde in een licht voordelige stelling "remise, reeds". Albers zag geen heil in doorspelen en schudde de handen, ½ - ½.
Danniël speelde zijn eerste partij zonder blinde darm en dat liet zich direct gelden. Hij was tegen Nol Swinkels niet alert in het vroege middenspel en moest al vroeg gaan keepen. Een slim bedoeld tussenzetje pakte helemaal verkeerd uit en kostte via elementaire overbelasting een vol stuk, ½ - 1½.
John kreeg tegen Rudy Simons een vlijmscherpe stelling op het bord. Het was echter vooral de koning van onze man die onveilig stond. Simons had de heerlijke zetten voor het uitkiezen en greep uiteraard niet meer mis. John liet zich netjes mat zetten, ½ - 2½.
Joep en Albert de Wit vochten een ogenschijnlijk gelijkopgaand duel uit. De bordjes werden verhangen toen Joep zijn toren liet insluiten en een kwaliteit verloor. Daarna was tevens het cement tussen de witte stenen verdwenen. De Wit maakte de partij hardhandig uit, ½ - 3½.
Joost stond na de opening zeker niet minder tegen Jeroen Medema en had goede remisekansen. Een moment van onachtzaamheid leidde helaas tot pionverlies. In het eindspel kon Joost niet langer alle belangrijke velden afdekken. Na een dappere strijd was het aanstaande verlies van een tweede pion het sein om op te geven, ½ - 4½.
Johan sloot het seizoen positief af met een mooie overwinning op Leo van IJzendoorn. In een stelling met tegengestelde rokades kon alleen Johan aanvallen. Hij lokte handig een verzwakking uit en h-lijnde zijn tegenstander vervolgens. Na de winst van twee pionnen en het binnenvallen van alle witte stukken was damewinst en spoedig mat niet meer te voorkomen, 1½ - 4½.
Ton speelde een geweldige partij tegen Guus Bollen. Laatstgenoemde moest een pion geven om erger te voorkomen. Ton won met sterk spel echter nog een pion en hield een compleet gewonnen toreneindspel met twee pluspionnen over. Vervolgens stokte de machine echter. Ton zag een snelle winstvoering over het hoofd, liet zijn voordeel grotendeels glippen en moest in een inmiddels nauwelijks nog te winnen stelling genoeg nemen met een plusremise, 2 - 5.
Pim kwam aardig uit de opening. Peter Koymans bood twee keer remise aan en dat laatste aanbod had Pim beter kunnen aannemen. Hij wilde echter winnen en speelde onverzettelijk door. Koymans vervolgde sterk en schoof een dame-eindspel met twee pionnen meer handig uit, 2 - 6.
Frans en Danniël zijn met slechts 4 uit 8 de topscorers van dit team geworden.
HSC 2 (1855) | WLC (1983) | 2 - 6 |
Ton van den Waardenburg (1842) | Guus Bollen (2097) | ½ - ½ |
Joost Rutten (1783) | Jeroen Medema (2163) | 0 - 1 |
John van Rooij (1877) | Rudy Simons (1946) | 0 - 1 |
Frans van Neerven (1846) | Frank Albers (2005) | ½ - ½ |
Danniël van Boxtel (1908) | Nol Swinkels (1939) | 0 - 1 |
Joep Peeters (1803) | Albert de Wit (2006) | 0 - 1 |
Pim Blijlevens (1961) | Peter Koymans (1853) | 0 - 1 |
Johan Wuijts (1818) | Leo van IJzendoorn (1858) | 1 - 0 |
6 april 2013: HMC Calder 4 - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
HSC 2 heeft tegen hekkensluiter HMC Calder 4 een wanprestatie geleverd. Enkele fantastische stellingen werden verprutst, waardoor het wedstrijdformulier in plaats van een overwinning nu een gelijkspel laat zien. Door dit resultaat zijn we nog niet veilig en mogen we alleen maar hopen dat Gardé zijn laatste wedstrijd niet wint en dat de resultaten in de derde klasse KNSB gunstig uitvallen.
Joep overspeelde Paul van Helvoort vanuit de opening. Hij won een pion en leek de partij rustig uit te kunnen schuiven. Eén moment van onachtzaamheid kostte echter een stuk en de resterende stelling was direct hopeloos, 1 - 0.
Pim had zich grondig voorbereid op Loek Mostertman, maar deze week reeds op de derde zet af van zijn lijfvariant. Pim bevond zich nu in onbekende wateren, zonder deugdelijke kaarten of een kompas. De kapitein van de vijandelijke onderzeeboot had hem met een torpedo hard kunnen laten zinken, maar liet dit om onbegrijpelijke redenen na. De vrede bleef bewaard door herhaling van zetten, 1½ - ½.
Willy hanteerde een gezonde opzet tegen het weinig pretentieuze spel van Gijs van Breukelen. Een mooie kruispenning leverde in het late middenspel een stuk op. Willy gaf die loper wijselijk terug om een viertoreneindspel met twee pionnen meer te kunnen spelen. Helaas gaf hij vervolgens één pion weg. De stelling was nog altijd huizenhoog gewonnen, maar Willy kon de vrij eenvoudige winstvoering simpelweg niet vinden en berustte tot mijn verbazing zowaar in remise, 2 - 1.
John had de koning van Rini Loman al vanaf het prille begin in het vizier. Met tegengestelde rokades kon alleen onze man aanvallen, mede aangezien Loman effectief met een toren minder speelde. Geheel onnodig liet John deze toren met veel kracht in het spel komen, waarna Loman het initiatief kon overnemen. De zwarte koning stond veilig genoeg en zijn witte collega bleek geleidelijk niet langer bestand tegen alle dreigingen, 3 - 1.
Johan trof in Marc Smits een zwakke invaller die de partij te passief opzette. Hij kon zijn positie met logische zetten verbeteren en op het juiste moment toeslaan. Een verzwakking werd handig uitgelokt, waarna de witte dame met assistentie van de zwartveldige loper winnend binnen kwam, 3 - 2.
Danniël verblunderde in het vroege middenspel een cruciale pion en stond duidelijk minder. Cees Nuijten verbruikte erg veel tijd, maar wist in een complexe stelling enkele keren niet de beste voortzetting te vinden. Danniël greep in diens tijdnood zijn kans en creëerde gevaarlijk spel tegen de zwarte koning. Nuijten raakte het spoor bijster en ging in een inmiddels verloren stelling op zet 39 door zijn vlag, 3 - 3.
Joost speelde tegen Wim van Oostrum een prima partij. Via fris en fruitig spel bereikte hij een mooi middenspel en weldra leidde een aardige tussenzet tot pionwinst. De dames gingen van het bord en niets leek een overwinning of ruime plusremise in de weg te staan. Met nog vijf zetten tot de tijdcontrole had Van Oostrum 16 seconden en Joost dik vier minuten. Joost ging nadenken en nog langer nadenken, zonder de klok in de gaten te houden. Hij meende immers meer dan voldoende tijd over te hebben. Op zet 37 viel zijn vlag, maar Van Oostrum had ook niets in de gaten. Op zet 39 merkte Joost op dat er iets raars met de klok aan de hand was. Van Oostrum schrok eindelijk wakker en claimde winst door tijdsoverschrijding. Diens eigen vlag was nog net niet gevallen, zodat Joost plotseling tot zijn eigen verrassing verloren had, 4 - 3.
In het duel der zeventigers was Frans de jongere van de twee. Hij zette samen met Cees van Zelst een theoretische hoofdvariant op het bord en zat voor de verandering lekker in zijn vel. We hoorden geen gekreun, gesteun of gemopper, maar zagen hem zeer geconcentreerd de kracht van het loperpaar uitbuiten. Via pionwinst en gepointeerd spel verkreeg Frans twee verbonden vrijpionnen, die hij met vaste hand naar de overkant bracht, 4 - 4.
HMC Calder 4 (1788) | HSC 2 (1869) | 4 - 4 |
Loek Mostertman (1982) | Pim Blijlevens (1961) | ½ - ½ |
Gijs van Breukelen (1928) | Willy Jonkers (1958) | ½ - ½ |
Cees Nuijten (1797) | Danniël van Boxtel (1908) | 0 - 1 |
Wim van Oostrum (1807) | Joost Rutten (1783) | 1 - 0 |
Rini Loman (1818) | John van Rooij (1877) | 1 - 0 |
Cees van Zelst (1754) | Frans van Neerven (1846) | 0 - 1 |
Marc Smits (1569) | Johan Wuijts (1818) | 0 - 1 |
Paul van Helvoort (1649) | Joep Peeters (1803) | 1 - 0 |
9 maart 2013: HSC 2 - Stukkenjagers 3 (door Pim Blijlevens)
Ronde 7 tegen Stukkenjagers 3 is er één om snel te vergeten. In de Molen kregen we geen enkele kans van onze Tilburgse tegenstanders. Al snel was het duidelijk dat er een grote nederlaag geboekt zou gaan worden. Gelukkig hadden de Stukkenjagers nog enigszins compassie door ons nog wat remises te gunnen in voor hun betere stellingen.
Johns koningsstelling werd door Koen Haast (1964) vanuit de opening zwaar onder vuur genomen met onder andere f4, g4 en h4. Hij kon niet de juiste verdediging vinden en werd keihard ge-h-lijnd. Na slechts 25 zetten hield John het voor gezien, 0 - 1.
Willy speelde een interessante partij met mogelijkheden voor beide spelers. Maar toen hij besloot om twee torens te geven voor een dame, kwam hij in grote problemen. De torens van Jiri Obels (2043) bleken veel sterker. Deze won nog wat pionnen en Willy kon niets anders dan de handdoek vroeg in de ring gooien, 0 - 2.
Ton speelde een correcte remise. Hij noch tegenstander Erik Dignum (1932) hebben echte kansen gehad. In een dubbeltoreneindspel met ieder zeven pionnen viel er voor beide spelers geen eer meer te behalen en werd de vrede getekend, ½ - 2½.
Ik overspeelde Ron de Veen (1827) in de opening volledig, maar door een onnauwkeurigheid gaf ik het grootste voordeel weer weg. Toch vond ik dat ik nog steeds erg lekker stond. Op zet 21 besloot ik met m'n dame een pion op a7 mee te pakken. Helaas had ik totaal overzien dat mijn dame na 21... Ta8 helemaal geen velden meer had, ½ - 3½. Zo heb ik nu dus in twee externe partijen op rij m'n dame in laten sluiten...
Danniël kwam helemaal niet lekker uit de opening, maar John Greunsven (2023) verzuimde toe te slaan toen hij de kans had. Hierdoor kon Danniël met remise ontsnappen, 1 - 4.
Johan kreeg tegen Winifred Paulis (1930) een voor hem onbekende variant van het Frans op het bord (1.e4 e6 2.Pe2). Er ontstond een zeer ingewikkeld strategisch gevecht dat vooral Johan erg veel tijd kostte. Met nog 9 minuten voor 18 zetten overzag onze man een simpele stap 2-combinatie, verloor een stuk en kon opgeven, 2 - 5.
De twee staartborden waren het langste bezig en wisten met z’n tweeën de helft van al onze punten te scoren! Joost en Joep wisten allebei een minder eindspel remise te houden, waardoor de 2 - 6 eindstand op het bord was gekomen.
HSC 2 (1869) | Stukkenjagers 3 (1924) | 2 - 6 |
Danniël van Boxtel (1908) | John Greunsven (2023) | ½ - ½ |
Willy Jonkers (1958) | Jiri Obels (2043) | 0 - 1 |
John van Rooij (1877) | Koen Haast (1964) | 0 - 1 |
Ton van den Waardenburg (1842) | Erik Dignum (1932) | ½ - ½ |
Johan Wuijts (1818) | Winifred Paulis (1930) | 0 - 1 |
Pim Blijlevens (1961) | Ron de Veen (1827) | 0 - 1 |
Joep Peeters (1803) | Lex Karstens (1820) | ½ - ½ |
Joost Rutten (1783) | Joost op 't Hoog (1850) | ½ - ½ |
16 februari 2013: De Pion 3 - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
De lange winterstop heeft geen positief effect gehad op HSC 2. Het lukte tot mijn grote spijt en ondanks flinke inspanningen niet om met een compleet team in Roosendaal aan te treden. Dit was me in zo'n dertig seizoenen externe competitie nog niet eerder overkomen. De afwezige teamleden hadden allen overigens valide redenen. Gelukkig kon Jessica bij ons invallen, zodat ik in ieder geval nog een zevental kon opstellen.
Het gambiet heeft niet mogen baten. Er werd volkomen verdiend verloren van De Pion 3, al was de uitslag geflatteerd. Halverwege de wedstrijd zag het er ondanks de reglementaire 1 - 0 achterstand nog hoopvol uit, maar daarna ontstond er op diverse borden kortsluiting bij onze acteurs.
Joep speelde een redelijke partij, maar hij vergde in een gelijkwaardige positie teveel van zijn stelling. Een neutraliserende zet zou waarschijnlijk tot remise hebben geleid. Joep meende echter via achtereenvolgens een pionoffer en een stukoffer winnend voordeel te verkrijgen. Rob van der Weegen wist de fata morgana met een eenvoudige torenzet op te lossen, 2 - 0.
Frans hanteerde tegen Henk Wennekes een lange theoretische variant, maar greep vervolgens mis. De witspeler verkreeg een plezierig initiatief en posteerde na dameruil zijn toren op de zevende rij. Frans zat nagenoeg in zetdwang en verloor geleidelijk enkele pionnen. In een hopeloze stelling moest hij zich gewonnen geven, 3 - 0.
Danniël beleefde een déjà vu. Zoals vaker in dit seizoen speelde hij een sterkere tegenstander in de eerste twintig zetten met positionele middelen helemaal zoek, met alle lof van Fritz voor het vertoonde spel. Daarna ontbreken echter de killerscapaciteiten en het tactische vernuft om de partij af te maken, slaat de twijfel toe en wordt door een afgrijselijke blunder zelfs het halve punt vergooid. Paul Kuijpers hield zijn stelling lang genoeg bij elkaar om Danniël tot zelfdestructie te zien overgaan en profiteerde uiteindelijk dankbaar van de geboden kans, 4 - 0.
Pim liet de toeschouwers samen met Eric van Loon genieten van een schitterend en uitermate complex schouwspel. De stelling van Pim was na een zet of twintig zo goed dat hij nog altijd beter stond toen hij zijn dame plotseling liet insluiten; zie de analyse op het forum. De juiste voortzetting zou voldoende compensatie en uitstekende praktische kansen hebben geboden. Pim miste in die heksenketel echter de beste zet en kreeg geen kans meer, 5 - 0.
Invalster Jessica had het beter begrepen. Haar strategie was gezond en werd consistent gehandhaafd. Met wit zocht ze naar kleine voordelen, maar Jordy Schouten reageerde adequaat. Jessica ging toen niet forceren, maar schoof de stelling met een paardenpaar tegen een loperpaar verstandig dicht. Remise was het terechte en knappe resultaat tegen een opponent met ruim 300 Elopunten meer, 5½ - ½. De hatelijke nul was eindelijk van het wedstrijdformulier verdwenen.
Willy was naar bord zes verhuisd, omdat ik had besloten om bord twee leeg te laten. Hij trof in Robin van Trijp een zwakkere tegenstander, maar de remisemarge is bij onze eigen Leko erg groot. In een dameloos middenspel probeerde Willy het overigens wel, maar hij wist geen voordeel te bereiken, 6 - 1.
Johan zette zijn geliefde variant op het bord, inclusief een scherp pionoffer voor koningsaanval. Carlo Rens wist de juiste verdediging te vinden. Johan stond in het late middenspel echter weer aan het roer en belandde in een toreneindspel met een pion meer. Helaas liet hij de zwarte toren op de tweede rij verschijnen. Deze peuzelde diverse pionnen op en Rens schoof het eindspel netjes uit, 7 - 1.
De Pion 3 (1935) | HSC 2 (1839) | 7 - 1 |
Paul Kuijpers (2079) | Danniël van Boxtel (1908) | 1 - 0 |
Rogier van Loon (2078) | n.o. | 1 - 0 |
Carlo Rens (2017) | Johan Wuijts (1818) | 1 - 0 |
Eric van Loon (1915) | Pim Blijlevens (1961) | 1 - 0 |
Rob van der Weegen (1857) | Joep Peeters (1803) | 1 - 0 |
Robin van Trijp (1827) | Willy Jonkers (1958) | ½ - ½ |
Jordy Schouten (1906) | Jessica de Haas (1577) | ½ - ½ |
Henk Wennekes (1798) | Frans van Neerven (1846) | 1 - 0 |
15 december 2012: HSC 2 - Veldhoven 2 (door Danniël van Boxtel)
We hebben het verrassend goede begin van dit seizoen geen passend vervolg kunnen geven. Een spannende match tegen Veldhoven 2 werd nogal onnodig nipt verloren.
Willy bestreed Albert Schenning op zijn vertrouwde manier. Met kleine maar daadkrachtige middelen werd de Veldhovense kopman in toom gehouden. De torens verdwenen van het bord en een goed getimede centrumopstoot nivelleerde alle mogelijke witte initiatieven. In het vierde speeluur eindigde deze partij geheel volgens verwachting in remise, ½ - ½.
Pim trof een tegenstander die uitstekend thuis was in het vertoonde spelbeeld. Jan Peters heeft deze aanpak immers zelf ook in zijn repertoire. Pim wist daardoor niets te bereiken, maar hij bleef geduldig opereren. Peters liet de teugels enigszins vieren, waardoor Pim plotseling een optisch aardig aanknopingspunt verkreeg. Correct spel van beide zijden leidde echter tot een dame-eindspel waarin eeuwig schaak het maximaal haalbare was, 1 - 1.
Danniël speelde zijn slechtste partij van het seizoen. Hij wist Arno Eliëns in de gewenste variant te lokken, maar hield zijn kwetsbare koning te lang in het midden. Danniël miste de belangrijkste witte dreiging volledig en moest om erger te voorkomen binnen twintig zetten zijn dame en een pion voor een toren en een paard geven. Hij won twee pionnen terug, maar de vrije witte a-pion bleef onaantastbaar en liep ondersteund door de dame door naar het beloofde land, 1 - 2.
John trok de stand met goed spel direct weer gelijk. Hij kreeg tegen Fred van Empel dezelfde opening op het bord als eerder deze week in de interne competitie en had duidelijk geleerd van die partij. John genereerde kansen op de damevleugel en in het centrum en hield zijn koningsstelling goed dicht. Na kwaliteitswinst was ook op dit bord de witte a-pion beslissend. De partij kreeg een mooi einde toen John zijn dame schijnofferde om veld a8 vrij te maken voor de pion, 2 - 2.
Joep speelde tegen jeugdtalent Sourav Bhattacharjee. In een weinig spectaculair duel, waarin beide spelers lang rokeerden, had de jongeling steeds het beste van het spel. Joep kwam blijvend in het nadeel toen hij de witte h-pion ongemoeid liet en in plaats daarvan de d-pion pakte. Nu resteerde er een verloren toreneindspel dat door Bhattacharjee feilloos werd uitgespeeld, 2 - 3. Hier hebben we goede kansen op een halfje laten liggen.
Frans leek met weinig vertrouwen in eigen kunnen achter het bord te zitten. Tegen Marcel Laarhoven stond hij mijns inziens echter continu beter. Frans won een pion en was in het eindspel op weg naar de partijwinst toen er plotseling zand in de raderen kwam. Hij overzag een opgelegde mogelijkheid en bood vanwege de aanstaande herhaling van zetten zelf remise aan, 2½ - 3½. In de analyse bleek dat ook hier een half punt meer gescoord had kunnen worden.
Ton was bewust aan een lager bord geplaatst. Hij speelde tegen Rob van de Voort een moeizame partij met deels vastgelegde pionnenketens. Van de Voort leek initieel meer ruimte hebben, maar in het laatste speeluur stond Ton plotseling aan het roer. Hij kwam sterk met zijn dame binnen, won een pion en creëerde een vrije e-pion in een dame-eindspel. Eeuwig schaak moest nog even voorkomen worden, waarna Ton zijn eerste zeer verdiende en gegunde overwinning van het seizoen mocht bijschrijven, 3½ - 3½.
Johan kwam in een subvariant terecht die hij naar eigen zeggen onvoldoende kent. Tim van Hellemont pakte de twee aangeboden pionnen en bleef vervolgens staan. Johan had geen compensatie en moest dameruil toestaan. In wederzijdse tijdnood had hij via een kruispenning een kwaliteit kunnen winnen, maar dat ontging hem helaas. Na de tijdcontrole bevond Johan zich in een verloren toreneindspel met een pion minder. Lang nadenken bood geen soelaas meer, 3½ - 4½. Dit was het derde duel waarin we te weinig kregen.
We hadden een kleine overwinning kunnen boeken. Als je de geboden kansen niet grijpt, verdien je het natuurlijk niet om te winnen.
HSC 2 (1860) | Veldhoven 2 (1908) | 3½ - 4½ |
Willy Jonkers (1955) | Albert Schenning (2007) | ½ - ½ |
John van Rooij (1868) | Fred van Empel (1982) | 1 - 0 |
Danniël van Boxtel (1904) | Arno Eliëns (1972) | 0 - 1 |
Pim Blijlevens (1871) | Jan Peters (1951) | ½ - ½ |
Johan Wuijts (1799) | Tim van Hellemont (1859) | 0 - 1 |
Ton van den Waardenburg (1827) | Rob van de Voort (1911) | 1 - 0 |
Joep Peeters (1825) | Sourav Bhattacharjee (1777) | 0 - 1 |
Frans van Neerven (1835) | Marcel Laarhoven (1805) | ½ - ½ |
24 november 2012: HSC 2 - Waalwijk (door Danniël van Boxtel)
Johan had drie weken geleden al aangegeven dat hij op de speeldag verhinderd zou zijn. Er werd uiteraard direct contact gezocht met Hans Sinnige, de teamleider van Waalwijk. De kansen op het vooruitspelen van een partij verminderden van "dat moet zeker lukken!" via "het gaat helaas toch lastig worden" tot "sorry, maar ik kan echt niemand vinden die vooruit kan spelen". Een week voor de wedstrijd hadden we er ons mee verzoend dat Johan daarom niet zou kunnen spelen. Gelukkig was Joost beschikbaar. Er werd afgesproken dat hij zou aantreden en Johan andere leuke dingen zou kunnen gaan doen. Afgelopen dinsdag kreeg ik een telefoontje van Sinnige. Hij had toch iemand gevonden om op donderdag de degens met Johan te kruisen. Wuijtski had voor die avond inmiddels echter kaartjes voor PSV - Dnjepr Dnjepropetrovsk geregeld, hetgeen natuurlijk om meerdere redenen een slechte keuze was. Er werd dus toch niet vooruitgespeeld. Dit pakte alsnog goed uit. Achteraf bleek Remco Sprangers, hun sterkste speler met 2217 Elopunten schoon de haak, op zaterdag niet mee te kunnen doen. Johan zou hem derhalve hebben getroffen. Nu deed Sprangers helemaal niet mee en dat scheelt een slok op een borrel.
Joep speelde tegen diens invaller Robert Prins. Met de witte stukken wist hij niets te bereiken. De aanstaande dameruil zou tot nog meer vervlakking leiden en beide heren waren tevreden met remise. De overige stellingen waren op dat moment niet hoopvol, maar Joep zou echt niet meer uit deze partij kunnen halen, ½ - ½.
Danniël versplinterde via een combinatie de pionnenstructuur van Ad Kroot. De zwarte koning kwam bovendien op de tocht te staan. Danniël vervolgde echter minder sterk en Kroot kreeg de eerste kansen op voordeel. Die liet hij liggen, waarna Danniël met een sterk kwaliteitsoffer toesloeg. In een scherpe stelling verwisselde hij echter twee zetten, waardoor een zekere winst hem door de vingers glipte en er slechts remise door zetherhaling resteerde, 1 - 1.
Joost speelde een knotsgekke partij tegen Hans Remmers. Hij offerde vanuit de startblokken een loper op f7 en investeerde een kwaliteit om de aanval gaande te houden. De zwarte monarch vond echter een veilig heenkomen en Joost stond zonder compensatie een volle toren achter. Daarna meende Remmers plotseling dat hij Sinterklaas was. Hij gaf onnodig een stuk weg en liet onze man in de partij terugkomen. Het slot van dit duel paste volledig bij het voorafgaande. Joost had mat in drie kunnen geven, maar hij deed een andere zet en bood remise aan, 1½ - 1½.
Ton raakte tegen Wilbert Schreurs in een loopgravengevecht verwikkeld. Schreurs ontplooide een hevig initiatief op de damevleugel en Ton moest alle zeilen bijzetten om materiaalverlies te voorkomen en daarbij zijn stukken erg gekunsteld opstellen. Op het juiste moment switchte de witspeler naar de koningsvleugel. De zwarte torens stonden aan de andere kant van het bord geparkeerd en de mataanval over de geopende g-lijn was niet meer af te stoppen, 1½ - 2½.
Pim verkeert extern in een blakende vorm. Zijn spel is naar eigen zeggen niet eens zo bijzonder, maar de tegenstanders gaan keer op keer in de fout. Zo geschiedde ook vandaag. Richard Waeterschoodt gaf zomaar zijn kroonpion weg en had vervolgens geen spel meer. Pim dirigeerde zijn stukken naar de witte majesteit, bleef handig manoeuvreren en stond huizenhoog gewonnen toen zijn tegenstander op de veertigste zet door zijn vlag ging, 2½ - 2½.
De partij tussen John en Hans Sinnige was erg boeiend. Er verscheen een witte pion op b7, maar gelukkig bleek deze zwak te zijn. John peuzelde de pion op en stond vervolgens gewonnen, maar de tijd was zijn grootste vijand. Met een loper en een pion tegen twee pionnen moest hij, met minder dan 20 seconden op de klok, zijn pion ruilen tegen een witte pion en snel de laatste vijandelijke pion ophalen om het punt te delen, 3 - 3. Met een minuutje extra bedenktijd had hij waarschijnlijk wel een winstvariant gevonden.
Willy bestreed Feike Liefrink met kleine middelen. In een gelijkopgaande partij verkreeg de zwartspeler geleidelijk het momentum. Dit had moeten uitmonden in een op studieachtige wijze gewonnen stelling (wit: Kg7, Dh8; zwart Kf5, Dc1, met zwart aan zet), als Liefrink direct met zijn pion was gaan lopen. Hij had deze wending echter overzien en de partij eindigde op onvriendelijke wijze in pat (wit: Kh8, pion h7; zwart Kf7, pion c2, met wit aan zet), 3½ - 3½.
De apotheose was bloedstollend en geniaal. Frans en Sander van Dijk zetten samen een gigantische puinhoop op het bord. De witspeler voelt zich als een vis in het water in dat soort stellingen. Van Dijk wist dan ook een stuk tegen twee pionnen te winnen. Frans rechtte zijn rug echter nog maar eens en vocht zich heldhaftig terug in de partij. Zijn a-pion bereikte de overkant en transformeerde in een dame. Deze bleek sterker dan het paard en de gedekte pion op g7. De zwarte koning kwam zijn echtgenote helpen en de witte collega werd van zijn pion weggeleid. Van Dijk raakte in zetdwang en ging in een inmiddels verloren stelling door zijn vlag, 4½ - 3½.
HSC 2 (1857) | Waalwijk (1888) | 4½ - 3½ |
Ton van den Waardenburg (1827) | Wilbert Schreurs (2019) | 0 - 1 |
Danniël van Boxtel (1904) | Ad Kroot (1878) | ½ - ½ |
Pim Blijlevens (1871) | Richard Waeterschoodt (1849) | 1 - 0 |
Willy Jonkers (1955) | Feike Liefrink (2085) | ½ - ½ |
Frans van Neerven (1835) | Sander van Dijk (1967) | 1 - 0 |
Joost Rutten (1772) | Hans Remmers (1802) | ½ - ½ |
John van Rooij (1868) | Hans Sinnige (1874) | ½ - ½ |
Joep Peeters (1825) | Robert Prins (1633) | ½ - ½ |
3 november 2012: De Raadsheer - HSC 2 (door Pim Blijlevens)
Op 3 november mochten we weer naar Zundert om daar tegen het sterke eerste team van De Raadsheer aan te treden. Met een gemiddeld ratingverschil van 131 punten zou het een zware kluif gaan worden. Voor aanvang van de wedstrijd kregen we van de Zundertse teamleider als cadeautje een bevroren kip, omdat we al voor het derde jaar op rij helemaal naar Zundert moesten. Het was niet het laatste cadeautje dat we deze middag van de Zundertenaren zouden krijgen.
Bij Frans werden snel de dames afgeruild en niets wees erop dat het evenwicht snel verstoord zou worden. Maar toen begon Frans, naar eigen zeggen, te knoeien en kreeg hij een zwakke pion die niet veel later door zijn tegenstander geconsumeerd kon worden. Het overgebleven toreneindspel was kansloos, 1 - 0.
John verloor in de opening een pion, maar kreeg daar best een prettige stelling voor terug. Toen hij met z’n dame op a2 een pion terug dacht te kunnen snoepen, sloeg zijn tegenstander 'ineens' keihard toe met een stukoffer dat voor John als donderslag bij heldere hemel kwam. De zware stukken drongen snel Johns stelling binnen en ondekbaar mat was het gevolg, 2 - 0.
Johan kon in de opening helemaal niks bereiken tegen de Siciliaan die zijn naamgenoot Johan Goorden op het bord zette. Dames werden geruild en de stelling werd helemaal dicht geschoven. Voor de vorm sloeg Johan nog een remiseaanbod af, maar de puntendeling was de enige logische uitslag. Totdat... Goorden zomaar een paard op een veld zette waar het gewoon geslagen kon worden. Goorden gaf het toen onmiddellijk op, maar later bleek dat de stelling zó dicht geschoven stond, dat zelfs met een stuk meer de winst nog niet zo eenvoudig was, 2 - 1.
Willy speelde tegen Hans van der Linden een ingewikkelde partij met tegengestelde rokades waar beide spelers kansen hadden. Ook na dameruil bleef de stelling onduidelijk. Op een gegeven moment ging Willy in de fout en verloor hij een kleine kwaliteit en als gevolg daarvan ook nog een handvol pionnen. Onze hoogsteratinghouder kon met zijn laatste pion nog wel de tweede rij bereiken, maar alles was makkelijk te verdedigen en Willy stond gewoon verloren. Totdat... Van der Linden zomaar een stuk in liet staan. Toen waren de rollen volledig omgedraaid en een paar zetten later was het over en uit, 2 - 2.
Ton kon lang en goed stand houden tegen zijn sterke tegenstander Frank Verkooyen. Tot in het eindspel had niemand echt voordeel gehad. Ook dat eindspel met paard en zes pionnen tegen loper en zes pionnen leek in evenwicht. Maar Verkooyen wist het zo te manoeuvreren dat hij de verste vrijpion kon creëren en toen Ton uiteindelijk zijn paard hiervoor moest geven, was het afgelopen, 3 - 2.
Ik kwam met wit totaal niet goed uit de opening en werd door Sander Boogaard redelijk ingesnoerd. Hoewel ik eigenlijk niks meer kon, was het voor Boogaard niet eenvoudig om een concreet plan te bedenken om zijn voordeel uit te bouwen. Ik was maar een beetje m'n torens heen en weer aan het schuiven toen Boogaard ineens een toren ingesloten liet staan. Door een simpel pionzetje kon ik toen een kwaliteit ophalen en waren de rollen volledig omgekeerd. Met een volle kwaliteit meer en twee torens op de open h-lijn liet de winst toen niet lang meer op zich wachten, 3 - 3.
Joost speelde Frans en zijn tegenstander koos voor de ruilvariant – niet de meest attractieve en spannende opening. De dames werden afgeruild en de partij kabbelde rustig voort. Maar in het eindspel bleken de stukken van Joost veel actiever te staan. Hij wist een pion buit te maken en een tweede volgde niet lang daarna. Het toreneindspel met twee pluspionnen was vervolgens wel aan Joost besteed, 3 - 4.
Joep kwam via 1.d4 Pf6 in een Franse doorschuifvariant terecht. Leo Rietveld koos voor de drastische aanpak en offerde op zet 15 een stuk voor twee pionnen. De compensatie was duidelijk: al Joeps stukken stonden op de onderste rij, hij kon niet meer rokeren en Rietveld had een ijzersterk wit paard op f6 staan. In plaats van de druk vast te houden ging de Zundertenaar meteen voor de combinatie; hij ruilde dames af om een kwaliteit te winnen. Het nettoresultaat van deze hele actie was dus dat Joep een loper en een paard voor een toren en twee pionnen had. Maar de pionnen waren niet gevaarlijk en onze man kon eenvoudig alles blijven dekken. Alle ingrediënten voor remise dus, ware het niet dat Rietveld vanwege de 3 - 4 door moest spelen. En toen gebeurde het verschrikkelijke... Met nog een kwartier op de klok, en minder dan twee minuten voor Rietveld, liet Joep pardoes een stuk in staan. De overgebleven tijd was voor de opgeluchte speler van De Raadsheer ruim voldoende om het af te maken, 4 - 4.
Natuurlijk erg jammer van die laatste partij, maar alles meegewogen hebben we met deze 4 - 4 een prachtig resultaat neergezet tegen een veel sterkere tegenstander.
De Raadsheer (1975) | HSC 2 (1844) | 4 - 4 |
Sander Boogaard (2105) | Pim Blijlevens (1871) | 0 - 1 |
Hans van der Linden (2054) | Willy Jonkers (1955) | 0 - 1 |
Frank Verkooyen (2159) | Ton van den Waardenburg (1827) | 1 - 0 |
Roland Daamen (2002) | John van Rooij (1868) | 1 - 0 |
Johan Goorden (1850) | Johan Wuijts (1799) | 0 - 1 |
Leo Rietveld (1850) | Joep Peeters (1825) | 1 - 0 |
John van Dijk (1941) | Frans van Neerven (1835) | 1 - 0 |
Niek Oostvogels (1838) | Joost Rutten (1772) | 0 - 1 |
6 oktober 2012: HSC 2 - Gardé (door Danniël van Boxtel)
Anderhalve week voor deze wedstrijd vroeg Albert Jan Blank, de teamleider van Gardé, of wij aan twee borden vooruit zouden willen spelen. Geen van mijn teamleden bleek hier echter trek in te hebben, zodat het verzoek niet werd ingewilligd. Gardé miste hierdoor twee van hun beste spelers. Tegen het achttal dat ons speellokaal betrad hadden we vooraf zeer goede kansen om onze eerste wedstrijdpunten te behalen.
De wedstrijd begon rustig, maar na pak 'm beet anderhalf uur ontstonden er hilarische taferelen. Zoals jullie allemaal weten hebben wij twee slechthorenden in ons team en die lieten zich geheel onbedoeld behoorlijk gelden. De partij tussen Joost en Albert Jan Blank volgde vijftien zetten lang een tamme theoretische variant. Blank was tevreden met remise en bood dat dan ook aan, maar dit ging volledig aan Joost voorbij. Onze man speelde rustig verder. Ik zou als teamleider blij zijn met remise op dat bord en begreep niet waarom Joost het vredesoffer niet eens overwoog en met mij overlegde. Ik sprak hem daarom enkele minuten later hierop aan. "Had je gehoord dat Albert Jan remise aanbood?", vroeg ik. "Wat zeg je?", antwoordde Joost. "Hij bood enkele zetten geleden remise aan. Had je dat meegekregen?", riposteerde ik. "Je moet harder praten, want ik hoor je niet", reageerde Joost. Ik heb het even gecheckt, maar er zat toch echt geen banaan in zijn oor. Midden in de speelzaal kon ik natuurlijk niet gaan schreeuwen. Nadat het me eindelijk was gelukt om Joost mijn bedoelingen in woord en gebaar uit te leggen, viel het kwartje. Hij spoedde zich totaal verrukt naar het bargedeelte, waar Albert Jan zich ophield, en het punt werd alsnog gedeeld. Dat was in de slotstelling zeker terecht, ½ - ½.
Nog geen vijf minuten later kreeg Frans, de andere hoofdrolspeler, een remiseaanbod van zijn tegenstander. Frans meende iets anders gehoord te hebben en zei: "Doe maar een chocomel". Briljant! Maarten Aders pakte de situatie sportief op, begreep dat remise (nog) geen optie was en counterde: "Nou, dan rest me blijkbaar niets anders dan die chocomel te gaan halen". Doek! Jullie lezen later hoe deze partij afliep. Joep vergeleek HSC 2 met de Jostiband. Ik kan me daar vrij goed in vinden. Plezier hadden we in ieder geval.
Werd er op de overige borden wel normaal geschaakt? Op bord 1 deden Ruud van Meegen en Pim in ieder geval een poging. Onze kopman koos voor een scherpe en creatieve openingsopzet, maar maakte een foutje en kwam duidelijk minder te staan. Van Meegen had geforceerd kunnen afwikkelen naar een eindspel met een pion meer, maar hij dacht iets beters te hebben. Hij wilde het zwarte paard op d5 met c2-c4 verjagen, maar had helemaal overzien dat het ros, dat zojuist naar dat veld was gesprongen, zijn dame op c7 aanviel. Pim nam dit cadeautje met Pd5xc7 graag in ontvangst, 1½ - ½.
Willy pakte zijn partij erg bedaard aan. Jan Broekhuis was ook weinig ambitieus en het duel kabbelde kalmpjes voort. Enkele stukken werden geruild, maar er gebeurde verder niet bijster veel. Serieuze winstpogingen zouden voor beiden te riskant zijn, zodat een puntendeling het logische resultaat was, 2 - 1.
John trof een zwakke invaller, omdat Gardé ervoor had gekozen om hun tweede team intact te laten. Hij stond spoedig een pion en een stelling voor, maar kon de partij niet direct winnen. Eric Hoefsmit verdedigde zich naar behoren en ging op zoek naar tegenspel, maar John consolideerde zijn positie op juiste wijze en snoepte gaandeweg nog een boertje mee. Even later leverde een fijne kruispenning een vol stuk en het punt op, 3 - 1.
Joep speelde zeer fris en fruitig. Hij greep tegen Jacco Vermeulen het initiatief en won een pion. Joep moest daarbij toestaan dat zijn koning in een open stelling nogal onbeschermd op f2 terechtkwam. Vermeulen probeerde hiervan te profiteren, maar moest met lede ogen toezien dat de witte monarch zelfs op h4 veilig stond. Joep pareerde een incorrect stukoffer op optimale wijze en maakte de partij snel uit, 4 - 1.
Frans was na het chocomelincident blijkbaar enigszins uit zijn doen en verblunderde in een kansrijke stelling een pion. Toen leek de eerder geweigerde remise plotseling ver weg. Ik vertelde Frans dat hij Maarten Aders nog wel zou kunnen pakken en dat hij zich moest vermannen. Deze korte donderpreek werkte. Frans rechtte zijn rug, dirigeerde zijn stukken naar de overkant van het bord en wist Aders voldoende in verwarring te brengen. Via een ondersterijgrap werd een volle toren buitgemaakt, 5 - 1.
Johan maakte zijn debuut als vaste speler van HSC 2. Hij besloot in zijn geliefde opening af te wijken van de hoofdvariant en kreeg daar spijt van. Martijn Cox had steeds het beste van het spel, maar Johan verdedigde zich uitstekend. Onze benjamin won een pion bij de afwikkeling naar het eindspel, maar de winstvoering was erg lastig. Johan vroeg netjes of hij remise mocht aanbieden. Dat was natuurlijk in orde, 5½ - 1½.
Danniël was wederom als laatste bezig. Hij kwam tegen de jeugdige Wessel Veerbeek goed uit de ouverture en meende snel te kunnen profiteren, maar dat lukte niet. Het werd derhalve tijd voor een nieuw plan. Danniël veroverde het loperpaar, ruilde de dames en gebruikte de gaten in de witte stelling om zijn lopers ruim baan te geven. Een mooie penning zou de winst van een belangrijke pion hebben opgeleverd. Veerbeek gaf liever een kwaliteit, maar ook dat was kansloos, 6½ - 1½.
HSC 2 (1858) | Gardé (1711) | 6½ - 1½ |
Pim Blijlevens (1897) | Ruud van Meegen (1995) | 1 - 0 |
Willy Jonkers (1967) | Jan Broekhuis (1853) | ½ - ½ |
Danniël van Boxtel (1888) | Wessel Veerbeek (1634) | 1 - 0 |
Joost Rutten (1784) | Albert Jan Blank (1844) | ½ - ½ |
Johan Wuijts (1799) | Martijn Cox (1768) | ½ - ½ |
Joep Peeters (1807) | Jacco Vermeulen (1769) | 1 - 0 |
Frans van Neerven (1846) | Maarten Aders (1514) | 1 - 0 |
John van Rooij (1877) | Eric Hoefsmit (1309) | 1 - 0 |
15 september 2012: Baronie - HSC 2 (door Danniël van Boxtel)
In de laatste ronde van het afgelopen seizoen wisten we De Baronie ruim te verslaan. De Bredanaren waren gebrand op revanche, hadden zich versterkt en hadden op ieder bord ratingvoordeel. De Baronnen bleken vaster en daadkrachtiger dan onze mannen. Hoewel een overwinning nooit tot de mogelijkheden heeft behoord, was de 6 - 2 nederlaag behoorlijk geflatteerd. Er viel overigens geen enkele remise te noteren.
Joost speelde een onregelmatige opening en kreeg door een te optimistische aanpak flinke problemen over de lange witte diagonaal. Yorrick Vissers bouwde de druk geduldig op en sloeg op het juiste moment toe, waarbij hij twee stukken en een pion voor een toren won. Joost zocht nog naar tegenspel, maar de witte stukken kwamen hard en verwoestend binnen, 1 - 0.
Willy is terug op het oude nest en wilde zich van zijn beste kant laten zien. Hij zette de partij energiek op en won door goed spel een pion. In een zeer explosieve stelling meende hij ondekbaar mat te hebben. Rens Oomen had verder gerekend, sloeg op f7 in en dreigde zelf mat in één. Willy moest zijn dame geven voor een toren en een stuk. Hij had echter geen vesting en werd vlotjes weggeschoven, 2 - 0. Dit was erg jammer en onnodig. Willy had de partij waarschijnlijk gewonnen als hij op het moment suprême had geconsolideerd.
Frans was niet in goede doen. Hij verzuchtte al vroeg in de partij dat hij geen plan had en liefst snel remise wilde spelen. Arno Slagboom bleef in een remiseachtige stelling echter geduldig doorspelen en wist onze nestor uiteindelijk tot een foutje te verlokken. Een belangrijke pion ging verloren en het eindspel was kansloos verloren. Frans liet zich nog netjes mat zetten, 3 - 0.
Joep is helemaal opgebloeid sinds hij niet meer hoeft te werken. Hij maakte optimaal gebruik van het gebrek aan wedstrijdritme bij tegenstander Carlos Hemmers. Met fris spel veroverde Joep eerst een pion en vervolgens een kwaliteit. Hemmers probeerde er nog iets van te maken, maar zette daarmee de deuren naar zijn koning alleen maar verder open. Joep won nog een pion en mocht de felicitaties in ontvangst nemen, 3 - 1.
Ton koos voor een orginele openingszet en nam het initiatief. Opponent Rob van Berkel wist op een goede manier niets te doen en liet Ton komen. Diverse pionnen werden geruild en plotseling vielen er enorme gaten in de zwarte stelling. Van Berkel dirigeerde zijn zware stukken handig en snel naar de zevende rij en wist ondekbaar mat te creëren. Bij de tijdcontrole was het derhalve 4 - 1 en de resterende stellingen zouden zeker geen drie overwinningen opleveren, zodat ons lot bezegeld was.
Danniël wist weinig te bereiken tegen de partijopzet van Willem van der Linden. Hij wilde tot koningsaanval komen, maar dat plan was te langzaam. Het eindspel met een paardenpaar tegen een loperpaar was waarschijnlijk remise, totdat Van der Linden blunderde en Danniël via een schaakje een loper tegen een pion won. Hij gaf het stuk op het juiste moment voor twee pionnen terug, won nog een pion en schoof de partij vlekkeloos uit, 4 - 2.
John speelde voor zijn gevoel een combinatie van diverse openingsvarianten. Michiel Antonissen speelde erg profylactisch en het duel kwam mede daardoor maar langzaam tot leven. Remise was de meest waarschijnlijke uitslag, maar John moest vanwege de teambelangen gaan forceren. Dit pakte helemaal verkeerd uit. Dat John in de stotstelling een volle toren verloor was eigenlijk al niet meer van belang, 5 - 2.
Pim moest tegen de sterke jeugdige Bart von Meijenfeldt aantreden, die na enkele seizoenen KNSB-ervaring bij zijn oude club was teruggekeerd. Pim kwam beter uit de opening, maar kon niet doordrukken. Von Meijenfeldt liet zijn kwaliteiten zien en won via enkele tactische verwikkelingen een pion. In een viertoreneindspel verweerde Pim zich nog lang, maar de jongeling haalde op techniek het volle punt binnen, 6 - 2.
Baronie (1981) | HSC 2 (1849) | 6 - 2 |
Bart von Meijenfeldt (2170) | Pim Blijlevens (1897) | 1 - 0 |
Rob van Berkel (2036) | Ton van den Waardenburg (1843) | 1 - 0 |
Willem van der Linden (1998) | Danniël van Boxtel (1888) | 0 - 1 |
Rens Oomen (1990) | Willy Jonkers (1967) | 1 - 0 |
Michiel Antonissen (1977) | John van Rooij (1877) | 1 - 0 |
Carlos Hemmers (1958) | Joep Peeters (1807) | 0 - 1 |
Arno Slagboom (1883) | Frans van Neerven (1846) | 1 - 0 |
Yorrick Vissers (1834) | Joost Rutten (1784) | 1 - 0 |